Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot donderdag 10 mei 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op woensdag 09 mei 2018 om 06.03 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een zwakke vore, gekoppeld aan een vlak lagedrukgebied boven het
noordoosten van Frankrijk, bevindt zich momenteel boven het midden van
het land. Oost van deze vore is de stroming zuidoostelijk en voert droge
continentale lucht aan. Ten westen van de vore is de stroming
noordwestelijk. Overdag is de vore prominenter aanwezig wegens de
aanwarming boven land, tevens trekt de vore dan naar het oosten van het
land en verlaat het noordoosten uiteindelijk in de nacht naar donderdag.
Een zwak koufront bevindt zich momenteel boven het uiterste westen van
het FIR gebied en blijft daar een groot deel van de dag liggen. Een
zwakke hoogtetrog trekt in de nacht en vroege ochtend noordoostwaarts
over de Noordzee. Het koufront bereikt het westen aan het begin van de
nacht naar donderdag, activeert vervolgens, en verlaat het noordoosten
aan het begin van donderdagavond. Het koufront wordt kort daarop gevolgd
door een hoogtetrog, de koudste bovenlucht trekt echter richting
Noorwegen. Na passage van het koufront volgt donderdagmiddag een zwakke
occlusie. De occlusie wordt steeds minder significant wegens een
opbouwende rug vanuit het Azorenhoog, de rug bereikt het land
donderdagavond.


MODELBEOORDELING:
Hir en EC laten in de loop van de middag een licht neerslagsignaal zien.
Dit zou moeten vallen uit wat Ac bewolking, de kans lijkt klein dat dit
ook daadwerkelijk gebeurt.
Daarna geeft vooral Hirlam in de avond een indicatie op een enkele bui
op middelbare hoogte in het uiterste noordoosten (er worden daar met de
zuidoostelijke stroming wat hogere theta-w waardes geadvecteerd, dit
heeft wellicht wat invloed). In de loop van de avond en nacht vindt er
activatie van het front plaats (verscherping theta-w gradient, nadering
hoogtetrog). Vooral aan de voorzijde (in het noordoosten van het land)
buiig van karakter. Alle modellen laten dit zien. Aan de achterzijde
meer stratiform waarbij beide Harmonies minder neerslag laten zien. Iets
wat we vaker terugzien.
In de grenslaag laat Hirlam nog altijd een mistsignaal zien op de
Noordzee. Dit zit er niet en wordt ook niet verwacht (dauwpuntsdepressie
een graad of 7). Achter het front komen hogere dauwpunten de zee op
(rond 10 graden), Ha26 en 40 laten dan een mistsignaal zien. Dit valt
niet geheel uit te sluiten aangezien het zeewater niet veel warmer is.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Bij de vore een windsprong. Op donderdag achter het koufront in de
westelijke kustdistricten een kleine kans op 6 Bft.

BEWOLKING:
Woensdagmiddag en vooral in de loop van de avond en nacht naar donderdag
sterk toenemende AC/AS bewolking op (nadering van) het activerende
front. In de avond is in het uiterste noordoosten een lichte bui
mogelijk (basis rond 6000 vt, toppen rond FL150). In de nacht op het
activerende front mogelijk ingebedde Cb's (basis 6000 vt, toppen rond
FL150). Donderdagochtend in het uiterste noordoosten van de FIR mogelijk
wel verder doorschietend naar FL300-FL330. Bij het koufront is er een
zwakke indicatie voor lokale St-vorming. Nabij de deactiverende occlusie
alleen in het uiterste zuidwesten nog wat lichte regen of een enkele bui
(een enkele Tcu met toppen tot 7000 vt).

NEERSLAG:
Zie modelbeoordeling. Een aandachtspunt zijn de buien die zich momenteel
voordoen bij het koufront. Buientoppen reiken tot FL250, indicatief ook
te zien in de huidige modelruns. Er wordt ook onweer op waargenomen. De
komende uren moet de activiteit afnemen als de hoogtetrog naar het
noordoosten wegtrekt. Aandachtspunt is ook de convectie bij het
activerende front, met in de loop van de nacht naar donderdag en
donderdagochtend in het uiterste noordoosten mogelijk enkele wat
stevigere ingebedde buien. Daar ook de hoogste MUCAPE-waarden, mits die
aangesproken kan worden, van 500-1000 J/kg. Weinig effectieve verticale
windschering daarbij en bovendien hoogstwaarschijnlijk alleen convectie
vanaf hoogte, zie progtemps en vergelijk ook SBCAPE/SBCIN met
MUCAPE/MUCIN. INDECS komt met ca. 30 procent op meer dan 1 ontlading in
het uiterste oosten en noordoosten.

ZICHT:
Goed, west van de vore boven zee, in de nachtperiode ook boven land,
regionaal matig zicht.

TEMPERATUUR:
Woensdag overdag is de maximumtemperatuur sterk afhankelijk van de
positie van de vore. In het oosten kan het zelfs nog een fractie warmer
worden dan de afgelopen middag.



Paraaf meteoroloog: schaikm
Bron: KNMI