Guidance modelbeoordeling voor Nederland

27-12-2017 11:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot donderdag 28 december 2017 24.00 locale tijd

Opgesteld op woensdag 27 december 2017 om 11.18 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een complex lagedrukgebied bevindt zich momenteel boven de zuidelijke
Noordzee. Aan de oostflank is in onze omgeving sprake van een zuidelijke
stroming waarmee vochtige lucht aangevoerd wordt. Een NW-ZO
georienteerde occlusie ligt momenteel boven het noorden en oosten van
het land, trekt noordoostwaarts en blijft slepen nabij het Waddengebied.
Een bovenluchttrog trekt overdag noordoostwaarts over het FIR gebied.
Vervolgens trekt het hiervoor genoemde complexe laag in de avond
oostwaarts over onze omgeving. Een kleine kern behorende bij dit
complexe laag ligt momenteel net oost van East-Anglia en bereikt Zeeland
aan het begin van de avond. Na passage trekt een N-Z georienteerde back
bent occlusie in de avond en nacht oostwaarts over het land. Er is dan
inmiddels sprake van een noordwestelijke stroming die polaire lucht
aanvoert. Donderdagochtend en -middag trekt er een (tweede)
bovenluchttrog oost- tot zuidoostwaarts over het land.


MODELBEOORDELING:
Nog steeds verschillen tussen de modellen v.w.b. het kleinschalige
laagje; Ha36 en EC berekenen de positie van de kern net noord van
Zeeland. De overige modellen net zuid van Zeeland. Dit heeft veel
gevolgen voor de wind(stoten); de hoogste windstoten worden berekend net
zuidwest van het laagje (lokaal meer dan 56 kn nabij de Zeeuwse Kust en
mogelijk ook boven land in het Ha36 en EC scenario (Ha36 doet dit het
nadrukkelijkst). De overige modellen komen niet verder dan een lokale 48
kn aan de Zeeuwse kust aan de westflank van het laagje. Actueel lijken
de drukpatronen van de diverse modellen goed op de waargenomen patronen.
Hoe het kerntje zich ontwikkelt en waar het heen trekt blijft vooralsnog
lastig. We zullen een slag om de arm moeten houden en de actualiteit
goed moeten volgen.
Aandachtspunt is verder de onzekerheid in het aantal opklaringen
woensdagavond en begin van de nacht naar donderdag, de modellen
verschillen onderling wat betreft de schaal en locatie van de
opklaringen. Het aantal opklaringen heeft natuurlijk invloed op de
temperatuur, in het oosten ligt de minimumtemperatuur dichtbij het
vriespunt, dus er is een kleine kans op gladheid indien er uitgebreide
opklaringen komen.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
In de kustdistricten 6-7 Bft. Aan de westflank van het laag in de
kustdistricten 7-8 Bft, district Vlissingen mogelijk 9 Bft, afhankelijk
van de koers van het laagje. Daar tevens uitschieters tussen 40 en 45
kn, lokaal mogelijk meer zoals hierboven is beschreven. In de loop van
de avond neemt met het wegtrekken van het complexe laag de wind weer
af.

BEWOLKING:
Bij de occlusie ST rond 1000 vt, bij de back bent occlusie mogelijk
lager. Woensdagavond en in de nacht naar donderdag kan er in een
opklaring ST ontstaan.
Verder bij de troggen, bij de back bent occlusie en daarachter enkele
CB's met toppen tot FL150. Bij en achter de back bent occlusie toppen
tot FL200-250.

NEERSLAG:
Bij de occlusie (mot)regen, bij de (eerste) bovenlucht trog en de back
bent occlusie af en toe buiig van karakter. Op passage van de hoogtetrog
boven zee mogelijk onweer. Bij de back bent occlusie komt NESO van
Hirlam in het uiterste zuidoosten met natte sneeuw, gezien de progtemps
lijkt sneeuw niet erg waarschijnlijk, maar een enkele vlok natte sneeuw
is niet uitgesloten. Achter de back bent occlusie enkele buien, af en
toe met korrelhagel en een kleine kans op natte sneeuw, zowel boven zee
als boven land dan kans op onweer.



ZICHT:
In neerslag matig tot slecht. Woensdagavond en begin van de nacht naar
donderdag kan in een opklaring mist ontstaan.

TEMPERATUUR:
In de nacht naar donderdag minima in het (noord)oosten rond 2 graden,
afhankelijk van de opklaringen eventueel iets lager of hoger. Het kan
dan op bruggen en viaducten glad worden, elders is hoogstwaarschijnlijk
nog voldoende warmte in de grond aanwezig.



Paraaf meteoroloog: schaikm
Bron: KNMI